Tien prioritaire opties voor onderwijs en vorming
De dag na de verkiezingen van 7 juni 2009 kreeg informateur Kris Peeters van de topverantwoordelijken van de Vlaamse Administratie (de Vlaamse "ministeries") een dik pak documenten. Deze "Bijdrage Vlaamse administratie aan het regeerprogramma van de aantredende Vlaamse Regering" bestaat uit 15 onderdelen: een globale omgevingsanalyse, een globaal financieel kader en 13 "beleidsdomeinspecifieke" bijdragen. De bijdrage voor het beleidsdomein "onderwijs en vorming" telt 114 bladzijden en werd opgesteld door verantwoordelijken van het Departement Onderwijs en Vorming.
Onderwijs in dienst van de economische competitiviteit?
Het Vlaams regeerakkoord 2004-2009 stipuleerde: “Vlaanderen moet verder evolueren naar een ondernemende, innoverende, lerende en creatieve samenleving.” Meer ondernemen was dus een topprioriteit voor de coalitie van CD&V-NVA, Open VLD en Spa-Spirit.
En de pedagogie?
Strikte, duidelijke en samenhangende didactische programma’s. Een grote pedagogische vrijheid voor de leerkrachten, op voorwarde dat de vooropgezette gemeenschappelijke doelen worden bereikt. Een gecentraliseerde evaluatie, niet in dienst van de concurrentie tussen de verschillende onderwijsinstellingen, maar om te werken aan de ongelijkheden tussen de resultaten van de leerlingen.
Jan Van Damme: “Onderwijswereld moet bij de les blijven”
Dat we tijdens de Vlaamse regeringsvorming weinig horen over onderwijs, maakt JAN VAN DAMME ongerust. Het beleid van de voorbije jaren was goed, maar het kan beter, zowel voor het basis- als voor het secundair onderwijs. (Vrije tribune in De Standaard, 3 juli 2009)
Georges Monard en co: “Onderwijsvernieuwing, hoge kwaliteit en rijke kansen passen wel samen”
Het Vlaamse secundair onderwijs scoort traditioneel heel goed in internationale vergelijkende studies. De PISA-resultaten geven bijvoorbeeld aan dat onze 15-jarigen tot de Europese top behoren inzake wiskunde, wetenschappen en leesvaardigheid. Ook ons talenonderwijs is van een hoog niveau.
De visienota van de commissie Monard (april 2009) over de hervorming van het secundair...
Op vraag van onderwijsminister Frank Vandenbroucke werkte vanaf april 2008 een 15-koppige kerngroep, ondersteund door een reflectiegroep en diverse hoorzittingen, aan een ‘blauwdruk’ voor een hervorming van het secundair onderwijs. Aan het hoofd van de commissie stond Georges Monard, die gedurende 20 jaar actief betrokken is geweest bij alle grote onderwijshervormingen, eerst op federaal niveau, nadien op Vlaams en gedurende vijftien jaar secretaris-generaal was van de Vlaamse onderwijsadministratie. Op 20 april 2009 werd het voorstel van de Commissie Monard gepubliceerd onder de titel “Kwaliteit en kansen voor elke leerling. Een visie op de vernieuwing van het secundair onderwijs”.
Nationale onderwijsstaking in Duitsland van 15 tot 19 juni
Over de hele Duitse Bondsrepubliek ging van 15 tot 19 juni de reeds lang geplande nationale onderwijsstaking door. Scholieren, studenten, leerkrachten, hogeschooldocenten en universiteitsprofessoren namen eraan deel.
Nieuwe inschrijvingsprocedure Antwerpse basisscholen
Op 10 juni 2009 keurde het Antwerps lokaal overlegplatform basisonderwijs (LOP) een nieuw inschrijvingssysteem goed voor alle Antwerpse basisscholen. Dat gebeurde met een grote meerderheid van de stemmen (80%). Het nieuwe Antwerpse systeem vertoont heel wat gelijkenissen met wat reeds een jaar in voege is in Gent: het geldt voor alle basisscholen van alle netten; er wordt gewerkt met een centrale computer waardoor dubbele inschrijvingen technisch onmogelijk worden; na de decretale voorrangsregels komt er een voorrang waarbij afstand (tussen de woonplaats en de school) een rol speelt; aan de effectieve inschrijvingsperiode gaat een periode vooraf waar de ouders hun kind elektronisch kunnen aanmelden waardoor wachtrijen voor de schoolpoorten normaal tot het verleden zouden moeten behoren. Er is ook een belangrijk verschil met Gent: terwijl in Gent de afstand voor 100% de voorrang bepaalt (na de decretale voorrangsregels), is dat in Antwerpen voor 30% à 100% (te bepalen door de school) en blijft de chronologie dus een rol spelen. Het LOP doet wel een (vrijblijvende) aanbeveling opdat de scholen de afstand voor minstens 70% zouden laten meespelen bij het bepalen van de rangorde. Robert Voorhamme, de Antwerpse schepen van Onderwijs, liet weten dat alle basisscholen van het stedelijk net (op één uitzondering na: de balletschool in de Prinsstraat) die aanbeveling zullen opvolgen.
Hieronder publiceren we het persbericht (11 juni 2009) van het Antwerpse LOP (Basisonderwijs) over het nieuwe inschrijvingssysteem in de basischolen van Antwerpen.
Universiteit in de houdgreep van het bedrijfsleven !?
In de jaren dat het Limburgs Universitair Centrum werd uitgetekend (1971-1973) werd duidelijk gestipuleerd dat het moest bijdragen tot een democratiseringsgolf in het universitair onderwijs. Arbeidsjongeren, die van huis uit niet de financiële middelen kregen om ver weg een kot te huren, moesten beter kunnen participeren aan onderwijs en samenleving.
Balans onderwijsvernieuwingen in Nederland: het rapport Dysselbloem
Vorig jaar verscheen in Nederland het “Parlementair Onderzoek Onderwijsvernieuwingen”, beter bekend als “het rapport Dijsselbloem”. Het rapport veroorzaakte nogal wat commotie, vanwege het vernietigende eindoordeel. Vervolgens verbonden sommigen in binnen- en buitenland hieraan hun eigen conclusies omtrent het falen van het Nederlandse onderwijsmodel en de toekomst van het onderwijs in eigen land. Niet al deze gevolgtrekkingen waren even gerechtvaardigd en gebaseerd op de feiten.