Oproep aan Vlaamse onderwijsmensen om Waalse scholen, getroffen door de overstromingen, te ontmoeten in concrete samenwerking

Facebooktwittermail

In de nu volgende tekst roept de (gepensioneerde) onderwijzer Ludo Merckx leerkrachten op om solidair te zijn met de slachtoffers van de overstromingen in Wallonië, meer bepaald via samenwerking tussen scholen en/of klassen.

Beste leerkracht,

De voorbije maanden heb ik me ingezet voor het solidariteitswerk na de overstromingen. Ik coördineer Soep-SolidariTeams  uit het Waasland, die regelmatig naar Verviers, Pepinster, Dolhain, Limbourg …  trokken voor soepbedeling bij de getroffen bevolking. Deze hulpactie leerde ons veel over de concrete noden. Zo konden we samenwerken met andere teams die modder ruimen en woningen, gebouwen en pleintjes opnieuw leefbaar maken …

Ook de komende weken zullen we deze solidariteit verder zetten. Met de herfst en winter voor de deur weten wij dat de noden en behoeften nog erg groot zijn en dat de hulp broodnodig blijft, ook als de aandacht van de media verslapt.

Daarom wil ik Vlaamse onderwijsmensen enkele voorstellen doen. Maar eerst stel ik mijzelf even voor.

Ik ben mijn hele beroepsloopbaan als onderwijzer actief geweest, voornamelijk in Gent. Inmiddels ben ik net gepensioneerd. Meer dan 20 jaar heb ik me achter initiatieven gezet die relaties tussen Vlaamse en Waalse jongeren bevorderden. Die samenwerking tussen een Vlaamse en een Waalse school resulteerde in boeiende uitwisselingen.

Die uitwisselingen waren soms verregaand. Geen eenmalig contact, meestal een traject met groeiende intensiteit. Ze resulteerden in klaswissel tussen leerkrachten onderling, tot ‘projectweek’ met na schooltijd verblijf bij gezin en uitwerking van idee tijdens de schooluren in gemixte groepen.  De uitwisselingen waren meer dan een taalverrijking. Het was een voortdurend uitdagingen durven aangaan, grenzen verleggen en zich zo als persoon ontwikkelen in ontmoeting. Het was ook verbindend werken.

Ik koos bewust voor dit soort onderwijs en de inzichten van projectmatig werken, waarvoor pedagoog Carl Medaer een uitstekende inspirator was. Wat ik vooral ook leerde vanuit die concepten: een onderwijs dat ingaat op noden en behoeften, dat zich durft engageren en aansluit bij de realiteit. Een onderwijs dat zinvol wordt en inspireert omdat het werkt vanuit de realiteit en de nieuwsgierigheid en betrokkenheid. Dat soort onderwijs beklijft. Het werd een leidraad: zoeken naar wat kinderen nuttig en nodig vinden en waar ze zich samen achter willen zetten.

Enkele voorzetten

Ik wil nu enkele voorzetten geven voor contacten en samenwerking tussen Vlaamse en Waalse scholen. Ik doe een oproep om de volgende maanden na te denken wat je precies zou kunnen doen met je klas, beste leerkracht. Zeker en vast wil ik geen ‘scenario’ voorschrijven, maar enkel tips geven. Verder ben ik ook wel bereid om feedback en hulp te bieden bij het leggen van contacten en bij initiatieven om Vlaamse en Waalse klasgenoten te verbinden. Een engagement op de achtergrond.

– In het kader van de Franse lessen kan het interessant zijn contact te leggen met een klas uit de overstromingsgebieden. Correspondentie kan uitgewerkt worden onder vele vormen. Er kan naar elkaar geschreven worden, er kunnen geluidscollages gemaakt worden, zoomsessies opgezet, teams in office, google meet, podcasts maken, een gezamenlijke padlet maken en van lees- en leerstof voorzien, correspondentie via onenote, er kan gefilmd en gedeeld worden. Hierbij komt het in eerste instantie erop aan elkaar te kennen en elkaar te begrijpen.

– Ik kon steeds een groot deel van mijn taallessen ‘Frans’ op die manier nuttig en levendig maken. Welk handboek, welke handleiding je als leerkracht ook gebruikt, steeds komen dezelfde thema’s aan bod. Ik citeer er zo enkele : zichzelf en de familie kunnen voorstellen, vertellen over de eigen hobby’s, over je activiteiten, je vrienden, over je straat, je omgeving, je stad, over de problemen waarmee je geconfronteerd wordt… Het is in deze omstandigheden ook wel nuttig om te vragen wat de precieze situatie nu is, welke noden er nu nog zijn ten gevolge van de overstromingen. Zo komen we ook op het terrein van het empathische, betrokkenheid..

– Zelf heb ik zoals gezegd ook verschillende soepteams gevormd om naar Verviers te trekken en daar dan soep te gaan bedelen. Misschien is er wel een klas die ook eens de handen uit de mouwen wil steken en samen soep wil maken. Een delegatie van de klas zou dan ter plekke de soep kunnen bedelen. Waarom niet? Ook dat valt te bekijken. Ook hier liggen mogelijkheden om concreet mee aan de slag te gaan. Ook daarbij kan ik een beperkt engagement opnemen.

– Misschien heeft een klas waarmee je contact legt ook specifieke noden (de leerling familiaal of als klas). Materiaal dat ontbreekt? Via contacten met een school/klas zou je kunnen beslissen om een actie op te zetten met jouw klas om daar een oplossing rond uit te werken.

– Opsturen van bv. eenvoudige boekjes met Nederlandstalige verhalen op het niveau van de correspondentieklas (bv. via een uitgeverij zoals Zwijssen), wiskundeproblemen oplossen (de rekenmethode Rekensprong heeft ook een Waalse component ‘TILT’ ), suggestie meegeven om één maal per week tijdens de leeslessen de Nederlandse boekjes te lezen en ermee aan de slag te gaan., liedteksten maken en componeren, …ik denk dat leerstof die vertrekt vanuit de realiteit en echtheid van het leven ook vaak een grotere motivatie bij leerling én leerkracht met zich mee brengt.

Mijn ideetjes zijn niet te nemen of te laten. Je maakt ze zo groot of klein, afhankelijk van je eigen mogelijkheden en wensen, rekening houdend met je andere engagementen. Ik ben er zeker van: jullie kunnen zelf nog een hele reeks andere activiteiten bedenken om een creatieve instap te wagen in de verbinding tussen Vlaamse en Waalse scholieren. Want … we are one!

Ludo Merckx

Contacteer mij:

lutlud@yahoo.com

 

Ludo Merckx is onderwijzer in "De Buurt", een ervaringsgerichte basisschool in Gent