IQRA, toveren met kinderen

Facebooktwittermail

Enthousiaste leraren die zich op vrijwillige basis minstens vier keer per maand na de schooluren kunnen vrijmaken. Daar is de Federatie van Marokkaanse Verenigingen (FMV) naar op zoek. Het jonge en innoverende onderwijsproject IQRA-Vlaanderen, dat actief is in Antwerpen en Oost-Vlaanderen, werkt samen met ouders en school aan de leerachterstand bij allochtone kinderen. Om leerlingen een goede start te geven in het secundair onderwijs, richt het project zich op kinderen tussen tien en dertien jaar oud. Ervaringsgericht werken, vanuit de eigenheid en de mogelijkheden van het kind, staat voorop.

Interesse? Neem vrijblijvend contact op via 03 204 10 10 of mail naar iqra-vlaanderen@fmv-vzw.be.

In onderstaand artikel legt Marc Laquière, een van de initiatiefnemers van IQRA, uit wat dit project inhoudt. Dit artikel verscheen eerder in het tijdschrift “Welwijs”.

“IQRA is het eerste woord van de Koran en betekent ‘leer, ontwikkel je…’. Het project is voor kinderen van tien tot dertien jaar met een schoolse achterstand van minstens één jaar. Het IQRA-project wil in de eerste plaats een pedagogisch aanbod bieden op een pedagogische vraag van kinderen/jongeren. Waar hebben zij behoefte aan?Wat zijn factoren die het “leren” in ruime zin stimuleren/belemmeren?

Om op deze vraag een pedagogisch en resultaatsgericht aanbod te formuleren, is het onontbeerlijk dat de opvoedingspartners samenwerken.
Gezin (ouders), onderwijs en vrijetijdsaanbod zijn bijgevolg belangrijke partners in dit project.De keuze om deel te nemen aan het project wordt gemaakt door de kinderen én hun ouders. Zij zijn ook de drijvende en sturende kracht van het project. Er worden geen stappen gezet of beslissingen genomen zonder dat deze met hen zijn besproken.

We werken als volgt:

  • integraal: samen met het gezin en de school wordt er rond leervaardigheden en tekorten gewerkt;
  • gedifferentieerd: ieder kind staat centraal met zijn mogelijkheden en behoeften;
  • vanuit ervaring: methodieken uit onder andere het ervaringsgericht leren;
  • vanuit sterktes: kinderen en gezinnen worden aangesproken op en bekrachtigd in hun sterke kanten.

Het project vertrekt vanuit de kracht en de kansen van kinderen en ouders. Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat de ouders de thema’s van de ouderbijeenkomsten samen met de projectbegeleiders kiezen en sturen, dat de ouders een grote inbreng hebben in de leersessies van de kinderen en dat bij het leren van de kinderen vertrokken wordt van kansen en mogelijkheden(en minder vanuit tekorten). De leerroutes worden uitgestippeld op basis van de behoeften van de kinderen en op maat van ieder kind afzonderlijk.

Het project IQRA-Antwerpen van FMV ging van start tijdens het schooljaar 2004-2005 en kende een looptijd van drie schooljaren. De stad Antwerpen zorgde voor een ? weliswaar beperkte ? eenmalige subsidie. 75 kinderen met minstens één jaar schoolse achterstand (en vaak een veel grotere leerachterstand) namen deel aan het project. Het Antwerpse project had tevens een laboratoriumfunctie. De medewerkers deden heel wat ervaring op. De kinderen, de ouders, de vrijwillige lesgevers en de FMV-medewerkers waren tevreden over de behaalde resultaten. Een petitie voor het verderzetten en de uitbreiding van het project werd ondertekend door meer dan duizend mensen (vooral‘allochtone ouders’) maar leverde geen resultaten op. De stad Antwerpen was niet bereid het project langer dan de aanvankelijk afgesproken looptijd te subsidiëren.

Begin maart 2007 kon het project IQRA-Vlaanderen,in het kader van ‘Managers van Diversiteit’ (Kabinet Marino Keulen), van start gaan in verschillendesteden: Sint-Niklaas, Lokeren, Vilvoorde en een viertal Antwerpse wijken. Dit project is grootschaliger van opzet dan dat van Antwerpen. Er zijn minder nevenactiviteiten voorzien. Vorig schooljaar waren niet minder dan 150 kinderen ingeschreven voor IQRA-Vlaanderen. De Federatie van Marokkaanse Verenigingen (FMV)is een overkoepelende federatie van meer dan 80 ‘allochtone’socio-culturele organisaties in verschillende Vlaamse provincies. FMV ontwikkelt een veelzijdige werking die gericht is op emancipatie en participatie van ’allochtonen’ in de Vlaamse samenleving. Als belangenorganisatie reikt FMV adequate en haalbare oplossingen aan voor de realisatie van een ‘gelijke onderwijskansenbeleid’ (wegwerken van de zeer grote leerachterstand bij ‘allochtone’ leerlingen, ouderbetrokkenheid en ouderparticipatie, studiekeuzebegeleiding…).

Het probleem van achterstand is voor FMV een pedagogische uitdaging en geen cultureel of taalprobleem. Evenmin worden de ‘allochtone’ ouders als probleem gepercipieerd. De vele acties van FMV en het IQRA-project doen de ‘allochtone’ ouders nadenken over de situatie van hun kinderen in het onderwijs. Dat komt tot uiting tijdens de infosessies, de debatten over onderwijsthema’s en tijdens de ontmoetingen en studiedagen die FMV met de opeenvolgende onderwijsministers organiseerde.

Uniek is ongetwijfeld dat het IQRA-project geconcipieerd en uitgevoerd wordt door het ‘allochtoon verenigingsleven’. Vrijwillige medewerkers van de socioculturele verenigingen die deel uitmaken van FMV leiden, samen met de FMV-medewerkers, het project in goede banen. FMV en haar aangesloten verenigingen hebben meer dan wie ook ? in hun hoedanigheid van belangenbehartiger ? het morele gezag om hun achterban te informeren, te sensibiliseren, te responsabiliseren en te organiseren om ook aan de onderwijspraktijk te participeren.

Intensieve begeleiding van kinderen.

Zowel ‘allochtone’ als ‘autochtone’ leerlingen zijn welkom in het IQRA-project. De rekrutering vanuit een‘allochtone’ federatie en de grote schoolse leerachterstand bij ’allochtone’ leerlingen heeft als gevolg dat overwegend ’allochtone’ leerlingen in het project stappen.
De kinderen komen samen met de ouder(s) naar het IQRA-project om zich in te schrijven. De medewerkers vullen samen met hen een inschrijvingsformulier in. Er wordt tevens een samenwerkingsakkoord met zowel de ouder(s) als het kind afgesloten. Tijdens het intakegesprek vragen wij aan de ouders en de kinderen om een aantal sterktes en leerpunten op te noemen. Bijvoorbeeld, wat gaat er goed en wat gaat moeilijk? Opvallend is dat zowel de kinderen als de ouders het gemakkelijker vinden om knelpunten op te sommen dan om sterke punten te benoemen. De IQRA-medewerkers moeten hard hun best doen om toch een paar positieve punten naar boven te laten komen.

De kinderleersessies van IQRA-Vlaanderen gaan 3 dagen in de week door, van 16u30 tot 18u00. Tijdens de sessies wordt er gewerkt in kleine groepjes van maximum 3 kinderen per lesgever. De projectmedewerkers stellen individuele leerroutes voor de kinderen op. Dit gebeurt aan de hand van gegevens uit het intakegesprek, de toetsenmappen, de rapportresultaten en eventueel de verslagen van bijvoorbeeld het CLB. Veel IQRA-kinderen krijgen op school vaak negatieve feedback, hebben een laag zelfbeeld en vertonen faalangst.

Tijdens de eerste weken proberen wij medewerkers, zo veel mogelijk oefeningen die deel uitmaken van de leercomfortzone in de werkkaften te steken. Door hen dergelijke oefeningen aan te bieden, krijgen zij een goed gevoel en krijgen ze opnieuw zin in leren. Geleidelijk aan worden de oefeningen moeilijker. Op deze manier krijgen wij een beter zicht op de knelpunten in het schoolse leren.

Tijdens de kinderleersessies worden geen punten gegeven.Wel wordt aangegeven wat goed ging en wat anders/beter kan. Er wordt feedback gegeven op de stappen die de kinderen maken in hun leerproces.Om het ‘leren leren’ bij kinderen aan te brengen/te verfijnen wordt er na elke kinderleersessie een volgfiche ingevuld die bestaat uit twee delen. Eén deel wordt ingevuld door de lesgever en het andere deel door het kind zelf. Kinderen noteren tijdens elke sessie op de volgfiche wat zij aan huiswerk/lessen hebben gekregen en/of welke oefeningen zij in hun werkkaft hebben gemaakt.We vragen aan de kinderen de tijd in te schatten die zij aan de oefeningen hebben besteed. Inde kinderleersessies wordt sterk gedifferentieerd. Elke dag worden de werkkaften van de kinderen doorgenomen en worden er aangepaste oefeningen bijgevoegd.

De meeste kinderen komen voor de start van de sessies op IQRA aan. Ze vinden het leuk een babbeltjete slaan met de andere kinderen en de lesgevers. IQRA speelt ook in op de thuissituatie van de kinderen.Er wordt bijvoorbeeld stilgestaan bij de islamitische feestdagen die samen met de kinderen, de ouders en de lesgevers worden gevierd. Kinderen en lesgevers hebben respect voor elkaar, ongeacht hun religie, nationaliteit, sekse en etnisch-culturele achtergrond. Er wordt ruimte gecreëerd om te spelen. Kinderen leggen zelf de spelregels uit en leiden het spel.

De kinderen namen op zeer regelmatige basis deel aan de leersessies. Geen enkel kind haakte af en de aanwezigheidsgraad was hoog. Op het einde van elk schooljaar haalde de overgrote meerderheid van de kinderen glansrijk de eindstreep.De kinderen en de ouders evalueerden het projectzeer positief. Het feit dat kinderen vragende partij zijn om de sessies ook tijdens schoolvakanties te laten doorgaan, is hier maar één voorbeeld van. Maar er was meer. De kinderen kregen meer zelfvertrouwen, hun eigenwaarde steeg en ze kregen een positief zelfbeeld. De kinderen van de voorbije schooljaren worden – in de mate van het mogelijke ? verder begeleid en ondersteund. Deze vraag was legitiem. Omdat we over onvoldoende mensen beschikken, hebben we geopteerd voor IQRA +. Kinderen die moeilijkheden ondervinden met de leerstof of een gesprek willen met een van de onderwijsmedewerkers kunnen iedere woensdagnamiddag terecht voor extra steun en aandacht.

Betrokkenheid van ouders

De ouderbetrokkenheid in het IQRA-project is groot. Vanaf het inschrijvingsmoment spelen de ouders een cruciale rol. De ouders brengen hun kinderen naar IQRA en komen ze na de sessies weer ophalen. Dit vergemakkelijkt het leggen van informele contacten. De ouders bezorgen de nodige informatie (zoals rapporten, mededelingen van de leerkrachten en de school…) zodat de vrijwillige lesgevers hun kind(eren)zo goed mogelijk kunnen ondersteunen. De ouders (moeders én vaders) kwamen in het project IQRA-Antwerpen wekelijks naar de oudersessies. Voor IQRA-Vlaanderen werden de oudersessies gereduceerd tot eenmaal per maand.

Ze gaan door in het Nederlands. Er wordt (al dan niet simultaan) getolkt in het Berbers, het Arabisch en het Frans. De oudergroep in Vilvoorde bijvoorbeeld is etnisch zeer divers met o.a. Marokkaanse, Spaanse, Franstalige en Zuid-Amerikaanse ouders.We krijgen op die manier een beter zicht op de leefwereld van de kinderen en de ouders en hoe ze de school en het onderwijs ervaren. De ouders worden per brief uitgenodigd voor de oudersessies. Eén of twee dagen voor de sessie worden de ouders nog eens opgebeld. Op sommige plaatsen vinden de moedersessies plaats tijdens de schooluren. Op andere gebeurt dat tijdens de kinderleersessies. Op enkele plaatsen organiseren wij de oudersessies ’s avonds. Sommige moeders werken immers buitenshuis of de vaders werken in ‘shiften’.De participatiegraad en de betrokkenheid van de ouders(vooral de moeders) bij de oudersessies is zeer hoog.

IQRA-project werkt zowel rond ouderbetrokkenheid/ ouderparticipatie als rond de verfijning van leerondersteunendevaardigheden. Ouders worden wegwijs gemaakt in de ingewikkelde onderwijsstructuren, hun rechten in het onderwijs, het ‘gelijke onderwijskansendecreet’, ouderbetrokkenheid en -participatie, hoe ze (ook al spreken ze geen Nederlands of zijn ze analfabeet) toch hun kind kunnen ondersteunen. Doeltreffende communicatie met het schoolteam staat eveneens op het programma. Er gaan ook gezamenlijke ‘ouder-kind’-sessies door. De ouders begeleiden samen met de lesgevers hun kinderen. Op deze manier wordt er verder gewerkt aan de overdracht van vaardigheden, inzichten en methodieken. Ouders worden tevens ondersteund in het formuleren van wat goed en minder goed verloopt op school en in het onderwijs. De ouders worden aangemoedigd de ‘good practices’ aan te kaarten op school. FMV maakt van deze informatie gebruik voor het formuleren van beleidsaanbevelingen. We geven aan dat informele en formele participatiein het school- en onderwijsgebeuren heel belangrijk zijn.

Tijdens de sessies bleek dat ‘allochtone’ ouders die daadwerkelijk op sommige scholen wilden participeren niet altijd welkom waren. Het is opvallend dat het thema ’ouderparticipatie op school’ bij de start van de oudersessies nooit op het lijstje staat van thema’s die ouders prioritair tijdens de sessies behandeld willen zien. FMV hecht heel veel belang aan het empoweren van haar doelgroepen. Ouders krijgen de nodige instrumenten zodat ze een actieve rol binnen het onderwijsgebeuren kunnen opnemen én zich bewust worden van hun kracht in het ondersteunen van hun kinderen.

Uit de evaluaties met de scholen blijkt dat het project een positief effect heeft op de participatiegraad van de betrokken ‘allochtone’ ouders aan het schoolgebeuren.
Ze krijgen meer belangstelling voor ouderparticipatie. De schoolbetrokkenheid groeit naarmate de ouders zich bewust worden dat ze als individuén als groep invloed kunnen uitoefenen op wat er op school en in het onderwijs gebeurt. Een aantal schoolteams waarmee we tijdens het project samenwerkten waren/werden er zich van bewust dat ze er alle belang bij hebben om te overleggen met gemandateerde ouders. Een aantal van de IQRA-ouders werd aangemoedigd om mee te werken met de oudervereniging. We maken de ouders duidelijk dat ouders die deel uitmaken van de formele participatiestructuren representatieve gesprekspartners van de school kunnen worden, die namens álle ouders afspraken kunnen maken. Van gemandateerde ouders kunnen scholen bovendien verwachten dat ze feedback geven aan hun achterban, die hen op hun beurt ter verantwoording kan roepen.

De IQRA-ouders startten begin december 2005 vol enthousiasme de ‘Werkgroep ouders voor ouders’. De moeders van de IQRA-kinderen hadden een schooljaar lang deelgenomen aan de oudersessies en op die manier informatie en kennis opgedaan én vaardigheden ontwikkeld om in gesprek te treden met de school. Zij wilden, net zoals hun kinderen, op regelmatige tijdstippen bijeenkomen en hun ervaringen met de school en het onderwijs uitwisselen. De moeders brengen thema’s en problemen aan die zij willen behandeld zien tijdens de bijeenkomsten. Het is de bedoeling dat deze bedenkingen en ervaringen verder onderzocht worden en gecheckt aan de regelgeving.

Thema’s waren onder andere: het GOK-decreet en inschrijvingen, de kostprijs van het onderwijs, bespreking van de reactie van de inrichtende machten op onze vraag: ‘mogen scholen punten in mindering brengen op leervakken omwille van het te laat komen, gedrag, spellingsfouten (in andere vakken dan het Nederlands)’?

Een greep uit de vragen en bedenkingen die aan bod kwamen. Waarom hebben scholen niet eenzelfde regelgeving? Waarom krijgt mijn kind een 0 op een toets Frans wanneer zij (gewettigd) afwezig was? Scholen sluiten hun poorten ’s morgens als je te laat aankomt. Als men te laat is, dan kunnen de kinderen pas ’s namiddags terug naar school. Als je niet meegaat op schooluitstap moet je dan ook betalen? Sommige leerkrachten willen maar een keer uitleg geven. Kan het dat het huiswerk van alle leerlingen gescheurd wordt?

‘Allochtone’ ouders maken zich ook zorgen over discriminatie en racisme. Ze voelen zich vaak niet welkom op school. Een getuigenis van een moeder tijdens een oudersessie. ‘Vroeger werd er nog geluisterd naar ons, was er meer begrip’. ‘Nu worden we negatief bekeken, alsof we allemaal terroristen zijn’, vindt Saida. ‘De eerste vragen die ik kreeg bij de inschrijving van mijn kinderen waren: “Zal het geld geen probleem zijn?”“Draagt uw dochter een hoofddoek?” We krijgen voortdurend het gevoel dat we slechte moeders zijn. Een van de leerkrachten zei tegen onze kinderen: “Jullie ouders geven niet om jullie. Ze krijgen kindergeld maar ze doen er niets mee voor jullie”. Bij het begin van het schooljaar werd een groot bord opgehangen aan de schoolpoort met de boodschap: tot hier en niet verder’.

FMV probeert deze opmerkingen en klachten, die aan bod komen tijdens de oudersessies en de werkgroep, helder te krijgen, moedigt de ouders aan om – gewapend met de correcte informatie over de regelgeving – in gesprek te treden met de leerkrachten, directie,CLB en andere onderwijsdiensten. De manier waarop de school reageert, wordt opgevolgd. In een aantal gevallen neemt FMV ? na overleg met de betrokken kinderen en ouders ? zelf contact op met de school. Het belang van het kind en zijn ouders staat steeds voorop.

Vrijwillige lesgevers, scholen en CLB’s

De vrijwillige lesgevers zijn gekwalificeerd door opleidingen/of ervaring. De groep lesgevers is divers samengesteld qua leeftijd, sekse, etniciteit en opleiding. Tijdens vormingssessies – die voor hen op maat door FMV worden georganiseerd – wisselen ze ervaringen uit en bespreken ze de cases, elk vanuit hun eigen specifieke invalshoek. FMV stelt hoge eisen aan de vrijwillige lesgevers. Er werd een concrete afsprakennota voor de lesgevers opgesteld die door beide partijen ondertekend wordt. In ruil hiervoor nemen de vrijwillige lesgevers deel aan een boeiend en uitdagend project. Ze kunnen rekenen op ondersteuning van de FMV-medewerkers en ontvangen een forfaitaire onkostenvergoeding die evenwel niet in verhouding staat tot de geleverde prestaties. De multidisciplinaire aanpak en de diversiteit van een gekwalificeerde lesgeversgroep zorgen ervoor dat de kinderen niet alleen op een professionele, maar ook op een kindvriendelijke en adequate manier worden begeleid.

De vrijwillige lesgevers en medewerkers leren van de kinderen en hun ouders, en vice versa. De vrijwillige lesgevers leren van elkaar en doen relevante pedagogische ervaring op.Op regelmatige basis zijn er gesprekken met de betrokken scholen. Indien nodig, zijn er ook contacten met de betrokken CLB-centra. Na een kennismakingsfase focust de samenwerking zich op overleg over de individuele leerroutes van de kinderen. In enkele scholen is dit overleg uitgegroeid tot een samenwerking over (nieuwe) methodieken en didactische toepassingen.

Een neveneffect van het project is dat sommige leerkrachten terug in de kinderen beginnen te ’geloven’. De resultaten zorgen op hun beurt weer voor een verhoogde betrokkenheid van de leerkrachten.De meeste scholen en CLB-centra waarmee in het kader van het IQRA-project samengewerkt wordt, zagen het IQRA-project als een belangrijke meerwaarde.

Wetenschappelijke begeleidingsgroep

Eind september 2006 kwam een ‘Wetenschappelijke begeleidingsgroep van het IQRA-project’ voor de eerste keer bijeen. Deze begeleidingsgroep is samengesteld uit mensen die vertrouwd zijn met pedagogisch handelen, evaluatietechnieken en ervaringsgericht leren,…Kortom, mensen die vanuit hun werksituatie en/of beleidsmatig betrokken zijn bij het onderwijs en vanuit verschillende disciplines feedback kunnen geven op het IQRA-project. Deze groep van wetenschappers komt geregeld samen om de werking vanhet IQRA-project kritisch te evalueren. Zij geven bedenkingen en reflecteren over de pedagogische achtergrond van het project.

Toekomstperspectieven

Aspecten als opvoedingsondersteuning, het aanreiken van een passend vrijetijdsaanbod en diversiteit in het lerarenkorps zijn belangrijke aandachtspunten tijdens de verdere uitwerking van het project. Belangrijk is dat het ‘allochtone’ verenigingsleven in verschillende Vlaamse steden mee verantwoordelijk is voor de conceptualisering, de ondersteuning en de uitvoering van het project. De (onvermijdelijke?) bureaucratie die vaak gepaard gaat met het indienen van projecten, het werken aan verslagen van projecten die men vaak belangrijker vindt dan de uitvoering ervan op het terrein, het paternalisme van sommige instanties die ‘allochtone’ organisaties niet in staat achten om een dergelijk project op een deskundige en adequate manier uit te voeren en zich soms beconcurreerd voelen, hebben tot gevolg dat de afgelopen schooljaren heel veel tijd verloren ging, dat boeiende onderdelen van het project tijdelijk moesten worden stopgezet en dat enthousiaste medewerkers moedeloos werden.

Midden januari kregen we ? tot onze grote vreugde ? het officiële bericht binnen dat De Vlaamse Regering in het kader van Managers van Diversiteit het IQRA-project met een looptijd tot en met 30 november 2008 goedkeurde. Samen met de twee gedetacheerden die het Kabinet F. Vandenbroucke ter beschikking stelde kunnen nieuwe medewerkers aangeworven worden om het project voor het resterend schooljaar opnieuw op volle toeren te laten draaien. Aan motivatie en inzet zal het bij alle betrokkenen bij het IQRA-project volgende maanden zeker niet ontbreken. Tijdens een studiedag in december 2006 over hetIQRA-project noemde de Vlaamse minister van onderwijs Frank Vandenbroucke het IQRA-project een proeftuin voor onderwijsvernieuwing.

Het is een experimenteel, vernieuwend onderwijsproject, waarbij één van de cruciale vragen is of en op welke manier de resultaten overdraagbaar zijn naar het ruime onderwijsveld. De ontwikkelde methodieken en de visie slaan aan en zorgen ervoor dat de spiraal van machteloosheid wordt doorbroken én dat kinderen en ouders meer dan bereid zijn om zélf stappen te zetten om hun situatie te veranderen.

NOTEN

1 Zo namen IQRA-ouders op 27 november 2004 deel aan het ’Forumgesprek over de onderwijssituatie van allochtone jongeren in Antwerpen, was er een dialoog met vertegenwoordigers van de drie CLB-koepels, namen ze op 15 juni 2005 deel aan een ontmoeting georganiseerd door FMV tussen ouders en minister van onderwijs F. Vandenbroucke en hadden ze een belangrijke inbreng in de studiedag van 2.12.2006 over het IQRA-project.

2 Toespraak Frank Vandenbroucke. Antwerpen, Studiedag Federatie Marokkaanse Verenigingen. 2 december 2006. Toveren met kinderen: het IQRA-project