De resultaten van onze klimaatenquête bij 3200 leerlingen

Facebooktwittermail

In mei 2019 namen 3259 leerlingen van de derde graad van het secundair onderwijs deel aan een enquête georganiseerd door Ovds (Oproep voor een democratische school). De bevraging peilde naar hun kennis en naar hun graad van bewustwording op het vlak van de klimaatverandering. De resultaten zijn nu beschikbaar. De kranten Le Soir en  De Morgen  van 4 oktober wijden er een uitvoerig artikel aan.

In 2015 had Ovds al een gelijkaardige enquête georganiseerd met nogal alarmerende resultaten. In het licht van de brede mobilisaties van scholieren en studenten leek het ons interessant om na te gaan of er enige verandering is waar te nemen.

Kennen en begrijpen

Vandaag begrijpt slechts 13 % van de leerlingen wat het broeikaseffect is, het mechanisme waardoor de CO2-uitstoot de klimaatopwarming veroorzaakt. In 2015 was dat 19%. In het beroepsonderwijs daalt het cijfer naar 4,6% goede antwoorden, twee maal minder dan in 2015.

62% van de leerlingen meent ten onrechte dat de kerncentrales CO2 uitstoten. In 2015 was dat “maar” 47%. De helft van de leerlingen kruisen (terecht) de werking van elektrische centrales op aardgas en de intensieve veeteelt voor vleesproductie aan als fenomenen die bijdragen tot de uitstoot van broeikasgassen.

In 2015 dacht 31% van de leerlingen dat waterstof een hernieuwbare energiebron is (terwijl het een manier van energieopslag is maar geen energiebron). Dit percentage stijgt nu naar 48%.

40% van de leerlingen meent verkeerdelijk dat een verplaatsing per trein evenveel of zelfs meer CO2 per reiziger uitstoot dan een verplaatsing met de wagen.

Eén leerling op twee is niet in staat gebleken om een grafiek die de globale temperatuurstijging in de laatste 100 jaren aangeeft, correct te interpreteren.

Net zoals in onze enquête van 2015 denkt een grote meerderheid (78%) dat het smelten van het noordpoolijs het zeespiegelniveau zal doen stijgen.

Wanneer we deze gegevens omzetten in een puntentabel met als gemiddelde 500 en standaardafwijking 100 (naar het model van de scores van de PISA-enquêtes), zien we  geen onderscheid tussen Franstaligen en Nederlandstaligen. Opvallend daarentegen is dat jongens een voorsprong van 24 punten hebben op de meisjes en dat er een verschil is van niet minder dan 105 punten tussen de leerlingen van het aso en het bso.

Bewust van het probleem?

De slechte resultaten op het vlak van kennis worden enigszins goedgemaakt door een iets groter bewustzijn in vergelijking met 2015. Terwijl in 2015 nog 31 % beweerde niet wakker te liggen van de klimaatproblematiek omdat “wetenschap en technologie het probleem wel zullen oplossen”, is dat nu nog maar 1 leerling op 4 (28 % om precies te zijn). Men is zich vandaag ook meer bewust van het vermoedelijk aantal klimaatvluchtelingen tegen 2100: 39 % maakt een juiste schatting, tegenover 17 % in 2015. 61 % meent dat we die klimaatvluchtelingen ook effectief moeten opvangen (tegenover 43 % in 2015).

Terwijl in 2015 nog 77% het aandeel van hernieuwbare energie in hun dagelijkse elektriciteitsconsumptie fel overschatte, daalt dit cijfer naar 42% en blijken de jongeren vandaag dus realistischer.

Het bewustzijn van de enorme Noord-Zuid-kloof inzake de verantwoordelijkheid van de klimaatverandering, blijft ook nu zeer zwak, net zoals in 2015. De leerlingen zijn van oordeel dat de gemiddelde Chinees meer energie verbruikt dan een Belg of een Noord-Amerikaan. Ook over Congo en Marokko hebben ze met hun grove overschatting een totaal vertekend beeld.

Bereid om actie te voeren?

Wanneer we het tenslotte hebben over actie voeren voor het klimaat, stellen we vast dat jongeren uit het aso vijf maal meer bereid zijn tot actie dan de scholieren uit het bso.
Slechts 40% van de leerlingen zegt bereid te zijn om niet meer met het vliegtuig op reis te gaan, maar 72% belooft wel om in hun dagelijkse verplaatsingen eerder de fiets of het openbaar vervoer te nemen dan de auto.

De enquête kan nog heel wat meer resultaten blootleggen, er zijn nog heel wat variabelen die kunnen onderzocht worden. Toch telt ons eerste rapport reeds 40 pagina’s aan gedetailleerde analyses. Dit rapport is gratis beschikbaar en kan via onderstaande link gedownload worden. Vorsers die over onze database zouden willen beschikken om verdere onderzoeken uit te voeren kunnen hun vraag richten aan aped-ovds@skolo.org.

Tijdens de “zes uren voor de democratische school”, zaterdag 16 november 2019, worden de resultaten van onze klimaatenquête toegelicht door Olivier Mottint (Ovds) en Jean-Pascal Van Yperseele (professor klimatologie, gewezen vice-voorzitter van het IPCC). Er zijn die dag nog veel andere workshops, o.a. “Klimaat in de klas” (getuigenissen van leerkrachten over de aanpak van klimaatlessen en klimaatactiviteiten in hun klas of school).

Nico Hirtt est physicien de formation et a fait carrière comme professeur de mathématique et de physique. En 1995, il fut l'un des fondateurs de l'Aped, il a aussi été rédacteur en chef de la revue trimestrielle L'école démocratique. Il est actuellement chargé d'étude pour l'Aped. Il est l'auteur de nombreux articles et ouvrages sur l'école.