De rijkdom van een taaluitwisseling

Facebooktwittermail

Uit ongerustheid over de huidige situatie waarbij Vlamingen en Walen tegen elkaar opgezet worden, zoek ik binnen het onderwijs naar toenadering en contact. Wie van ons heeft er baat bij een splitsing? Niemand.
Na een bijeenkomst in Gent over de politieke crisis in België vond ik het nuttig om een initiatief toe te lichten uit het eigen werkveld. Ik zie het als één van de mogelijkheden om de publieke opinie terug op het spoor van begrip en solidariteit tussen de gemeenschappen te brengen.

Ik ben onderwijzer in de Gentse basisschool ‘De Buurt’. Reeds meer dan tien jaar zetten we ons in om de kinderen van onze basisschool in contact te brengen met leeftijdsgenoten uit een Franstalige school: kinderen uit Péruwelz, Ohain, Brussel-Zuid, Jurbise en Couthuin kwamen zo in contact met Gentse jongeren en vice versa. Om dit financieel mogelijk te maken, dienen wij ieder jaar een dossier in bij ‘Klavertje drie’. Op die manier kunnen we zorgen dat dit project kosteloos is voor onze kinderen.

Hoe verloopt zo een taaluitwisseling?

Iedere school kan afspreken met zijn partnerschool welke formule beide scholen haalbaar achten. Bedoeling is om tot een uitwisseling te komen en niet enkel een correspondentie. Wijzelf hebben er altijd voor gekozen om tweemaal drie dagen bij elkaar op bezoek te gaan. Dat wederzijds bezoek plannen wij steeds in eenzelfde periode. Als wij op woensdagochtend vertrekken, blijven we tot vrijdagavond. Het tegenbezoek volgt direct na het weekend Wij ondervinden dat dit meest voldoening geeft. Het ijs moet maar één keer gebroken worden.

Wat gebeurt er tijdens zo’n taaluitwisseling concreet?

Overdag zijn er gemeenschappelijke activiteiten, waarbij we zorgen dat er steeds in taalgemengde groepjes gewerkt wordt. We organiseren zoektochten, we werken in ateliers, verkennen de streek. We werken met gezelschapssspelen. We organiseren ook steeds een gezamenlijk ontbijt en … een feestje ontbreekt niet. Na schooltijd opteren wij voor een verblijf in de gastfamilie. Vroeger hebben we nog gekozen voor een gezamenlijk verblijf van alle kinderen op een kampplaats of in een jeugdherberg. Het verblijf in een familie vinden wij echter nog sympathieker. Door bij de familie te logeren, merken we dat ouders zich ook meer betrokken voelen bij het initiatief. Sommige kinderen behouden het contact en keren in weekends terug of worden uitgenodigd op feestjes.
In de Franstalige school spreken we in het Frans en leiden de Franstalige leerkrachten de activiteiten. De bezoekende leerkrachten ondersteunen. Op voorhand spreken we de grote lijnen af, maar de concrete invulling en organisatorische uitwerking ligt bij de plaatselijke school.

Staan de kinderen open voor zo’n initiatief?

Absoluut! Ze kijken er naar uit, soms met een bang hartje, maar … de ervaringen zijn meestal positief en op het einde moeten ze zelfs traantjes wegpinken. Veel hangt ook samen met de voorbereiding. Wij, leerkrachten, informeren de ouders over het opzet en we engageren de ouders om ons te ondersteunen. De onderwijzers wisselen al vroeg informatie uit over de kinderen (karakter, interesse, mate van zelfstandigheid, durf,…). Zo zoeken we uit in welk gezin ieder zich wel zal thuis voelen en kan logeren. Zo weten de kinderen vrij snel met wie ze kunnen contact zoeken : schrijven, telefoneren, mailen of chatten. Ouders kunnen ook al contact nemen met de familie van het anderstalige kind.

Wat zijn de voornaamste doelstellingen voor jullie?

Zo’n uitwisseling is een levensechte situatie. We plaatsen de kinderen meteen voor een grote uitdaging. De noodzaak en het nut om zich in de andere taal te kunnen uitdrukken, voelen ze direct aan. Ze maken ons zelf duidelijk wat ze allemaal zeker willen kunnen vragen, zeggen. Ze brengen zelf in feite al de leerstof aan.
Onze doelstellingen gaan verder dan alleen die taalverwerving. Als kinderen (en hun ouders) zich openstellen voor de uitdaging van het leven en verblijven in een anderstalige school, in een anderstalige familie, dan geven ze zichzelf een enorm cadeau. Die kans krijgen én nemen is – mits een goede begeleiding vooraf – een ongelooflijke kans voor het leven : we geven de kinderen de kans over de eigen taalgrens te kijken, elkaar te waarderen. Door zulke uitdagingen aan te gaan, doe je nieuwe ervaringen op en leer je weer bij.

Zijn er ook minpunten?

Niet veel. Het gebeurt wel eens dat het niet echt klikt tussen enkele kinderen of het kind zich niet echt lekker voelt (heimwee, interesses of karakters die niet bij elkaar aansluiten). Meestal vinden we ter plekke wel oplossingen voor zulke problemen : een gesprekje, een beetje troosten, maar ook een beetje harden. Daarom kiezen we voor korte uitwisselingsperiodes. Omgaan met heimwee, onwennigheid kan ook een leerschool zijn. Je kind behoeden voor elk contact is zeker geen goede zaak!!!
Anders zie ik niet zo veel problemen. Of toch één iets : wij kiezen nog steeds voor het Frans als tweede taal in onze school. In de scholen waarmee we samenwerk(t)en, bemerken we vaak dat ouders de voorkeur geven aan Engels als tweede taal. Niet alle kinderen nemen deel aan de Nederlandse les. Gelukkig nemen alle Franstaligen wel deel aan de taaluitwisseling als wij naar hen toekomen. We merken dat er ook een evolutie groeit wanneer je enkele jaren met dezelfde school werkt. Ouders zien het enthousiasme van de kinderen en schrijven hun kinderen in voor het Nederlands als tweede taal. Er ontstaat vertrouwen en er is meer zin om Nederlands te leren. Nederlandstaligen mogen niet vergeten dat het meer voor de hand ligt Frans te leren dan omgekeerd: Frans is een wereldtaal en is veel meer aanwezig in het alledaagse leven van ons.

Heb je nieuwe voorstellen of ideeën?

Ik raad collega’s uit andere scholen aan om zo’n initiatief ook te nemen. Ik ben altijd bereid onze kennis en ervaring hieromtrent te delen. Enkele jaren terug heb ik onze uitwisseling ook gefilmd. Dat filmpje gebruiken wij ook op de info-avonden met ouders. Omgekeerd kan je als ouder ook leerkrachten op de hoogte brengen van zo’n initiatief. De school kan een dossier opstellen en subsidies aanvragen. Je moet de stap durven zetten. Ik ben blij dat wij dit al zovele jaren doen.
Als ik de voorbije weken de separatistische uitspraken hoor van sommige politici, wil ik niet bij de pakken blijven zitten. Ik denk al verder. Misschien is het zinvol als ik meerdere weken in onze partnerschool verblijf en hun gewone lessen (alle vakken) uitwerk in het Nederlands en in het Nederlands al werk maak van de woordenschat die nodig is voor de uitwisseling. Intussen zou de leerkracht van de partnerschool hetzelfde in mijn klasje kunnen doen in het Frans. Heeft iemand daar al ervaring mee?

Ludo Merckx

Voor contact met Ludo Merckx: lutlud@yahoo.com

Taaluitwisselingen in de basisschool : Klavertje drie (dossier bij Prins Filipfonds)