Repressie tegen stakende leerkrachten in Mexico

Facebooktwittermail

De laatste weken bereikte de repressie tegen sociale bewegingen in het Mexicaanse Oaxaca, waarin leerkrachten een grote rol spelen, een nieuw triest hoogtepunt. Sinds het begin van de sociale opstand in Oaxaca, Mexico, zijn tientallen mensen vermoord en honderden mensen gewond of vermist geraakt. Politie, veiligheidsdiensten en paramilitairen schenden systematisch de mensenrechten. Een overzicht.

Mei: leraars voeren actie voor betere arbeidsomstandigheden

Op 15 mei 2006 begonnen los maestros (de leerkrachten) van de lerarenbond SNTE (Sindicato Nacional deTrabajadores de la Educacion) een staking. Ze eisten betere arbeidsomstandigheden, een loonsverhoging en meer materiële middelen zoals gratis transport voor de schoolkinderen. Bovendien voerden de leraars actie tegen hervormingsplannen in het onderwijs. De hervormingen voorzien een verregaande privatisering en een wijziging van het leerplan waardoor o.a. leerstof over de pre-columbiaanse geschiedenis van het land geschrapt wordt.

Om hun staking kracht bij te zetten, besloten de leerkrachten om de Zócalo, het centrale stadsplein aan het paleis van de gouverneur, te bezetten. Sinds 22 mei bivakkeren er zo meer dan 30.000 leraars op het plein en in 56 omringende straten.
De regering van de deelstaat Oaxaca zegt echter geen geld te kunnen vrijmaken voor het onderwijs. Gouverneur Ulises Ruiz, geeft aan dat hij niet bereid is in te gaan op de eisen van de vakbond. Volgens hem heeft de deelstaat Oaxaca geen middelen om tegemoet te komen aan de salarisverhoging. Op 1 juni verbreken de gouverneur Ulises Ruiz en de leden van het congres van de staat Oaxaca, zonder nadere uitleg, de dialoog met de SNTE en de onderhandelingen werden stopgezet.

Juni: repressie tegen stakende leerkrachten leidt tot volksopstand

In de nacht van 13 juni wordt de aanval ingezet . Ulises Ruiz geeft de staatspolitie het bevel de stakers te verjagen van het centrale plein. 3000 gewapende agenten worden ingezet en vernietigen hardhandig het tentenkamp van de stakende leraars. De gevolgen van dit repressieve optreden zijn hard. Hoewel de officiële instanties geen informatie willen weergeven over het aantal gewonden spreken mensenrechtenorganisaties over meer dan 100 gewonden en 9 doden, waaronder twee kinderen die stikten in het traangas.

Daarop verbreedde de beweging zich en veranderde de aard van het conflict. Het repressief optreden werd het startschot voor verschillende groeperingen om zich bij de strijd van de leerkrachten aan te sluiten. Een volkscollectief van verschillende sociale bewegingen, De Asamblea Popular de Oaxaca (APPO), wordt opgericht. Op 16 juni trekken meer dan 300.000 Mexicanen in Oaxaca de straten op om het ontslag van Ulises Ruiz te eisen. Ze beschuldigen hem van corruptie, repressie en moord.

Op 28 juni wordt een nieuwe manifestatie door de straten van Oaxaca georganiseerd. Deze keer is de opkomst nog groter. Meer dan 500.000 mensen vragen dat Ulises opstapt. Het conflict dat begon uit onvrede van de leraars, is een sociale strijd geworden waarin leraars, indigenas, studenten en politieke organisaties verenigd worden.

Juli: leerlingen terug naar school, strijd gaat door

In juli keert de rust terug, al was het maar voor even. Een groot deel van de onderwijzers besloot zelfs de lessen weer op te pakken en examens af te nemen, zodat de 1.3 miljoen leerlingen het schooljaar konden afsluiten.
Maar de strijd tegen de autoriteiten gaat onverminderd door. Het kampement wordt gehandhaafd door de duizenden mensen die zich hebben aangesloten bij de onderwijzers. Manifestanten blokkeren alle toegangswegen naar de stad Oaxaca. Het APPO bezet de meeste openbare gebouwen in de gehele deelstaat en op diverse plaatsen in de hoofdstad van de deelstaat heeft het stakingsposten en barricades opgesteld.

Leden van de APPO zenden programma’s uit via de bezette radio- en televisiestations en roepen de bevolking op de strijd voort te zetten, totdat Ulises Ruiz aftreedt. De meerderheid van de private plaatselijke media in Mexico zijn twee handen in één zak met de regering. In mei zette de lerarenbakbond SNTE een eigen gemeenschapsradio op, maar die stopte met uitzenden op 14 juni, toen de politie bij een inval al het radiomateriaal vernietigde. Dezelfde dag nog besluiten studenten, die zich later bij APPO aansloten, de plaatselijke universiteitsradio te bezetten, maar ook zij werden acht dagen later verdreven door in het zwart geklede mannen die met scherp schieten en zuur over het radiomateriaal gieten.

Augustus: spanning neemt toe, APPO-leden worden omgebracht

Begin augustus nam de spanning weer toe. Tijdens een protestmars waaraan achtduizend mensen deelnamen, openden onbekende schutters het vuur. Een lid van de APPO kwam om het leven. Nog geen twee weken later, op 21 augustus, viel het volgend slachtoffer toen gemaskerde mannen het vuur openden op nieuw bezet radiostation.
Eind augustus lieten afgevaardigden van de SNTE en APPO weten bereid te zijn om de dialoog aan te gaan met minister van binnenlandse zaken Carlos Abascal Carranza. Een delegatie van achttien bestuursleden reisde af naar Mexico-Stad waar de eerste onderhandelingen tussen de SNTE, APPO en Carlos Abascal plaatsvonden. De roep om het aftreden van Ulises Ruiz, werd door Abascal echter genegeerd, daar ‘de regering geen gouverneurs benoemt of afzet’.

September: onderhandelingen muurvast

Zowel nationale als internationale organisaties vragen de Mexicaanse president Vicente Fox een einde te maken aan het geweld in Oaxaca. Het feit dat de regering van Fox zich tot nu toe stil heeft gehouden, heeft volgens velen te maken met de verkiezingen die 2 juli plaatsvonden. Gouverneur Ulises Ruiz behoort tot de Institutionele Revolutionaire partij (PRI) terwijl Fox deel uitmaakt van de Nationale Actie Partij (PAN). Fox zou de anti-PRI stemming in Oaxaca goed kunnen gebruiken om stemmen te winnen voor zijn partij. De politieke situatie zit muurvast.

Gesprekken tussen vertegenwoordigers van de regering van president Vincente Fox en de Volksvereniging hebben niets opgeleverd. De Mexicaanse senaat is het niet eens geraakt over een procedure om gouverneur Ruíz uit zijn ambt te zetten. Ruíz kreeg de steun van zijn eigen partij, de PRI. De partij van president Fox, de PAN, ziet Ruíz liever vertrekken, maar wil de PRI niet voor het hoofd stoten zolang haar met een zeer nipte meerderheid verkozen president Felipe Calderón niet vast in het zadel zit.

Voor het eerst in tien jaar verschenen in Oaxaca ook weer elementen van het Revolutionaire Populaire Leger (EPR). In 1996 nam deze beweging deel aan de gewapende strijd tegen de toenmalige PRI-regering, en sindsdien voerde ze regelmatig geweldloze acties uit. Begin september lieten woordvoerders van het EPR weten achter de strijd van de leraren te staan. De EPR dreigde de wapens weer op te pakken mocht Ulises Ruiz de manifestanten blijven onderdrukken. Ulises Ruiz sprak zijn bezorgdheid uit over het verschijnen van gewapende troepen in Oaxaca. De guerrilla’s hielden op verschillende wegen in de deelstaat het verkeer stil en deelden aan de automobilisten pamfletten uit waarin het EPR het aftreden van de gouverneur eist.

Oktober: geen einde aan geweld

Begin oktober werden er in de gehele staat Oaxaca frequent troepenbewegingen gesignaleerd. Aan de kust werd melding gemaakt van mariniers en de stad Oaxaca werd regelmatig overvlogen door (militaire) vliegtuigen en helikopters. Er werd gevreesd voor een grootscheepse militaire aanval.

Er komt geen schot in de onderhandelingen met de overheid. Er volgen steeds meer bezettingen, de Mexicaanse krant ‘La Jornada’ spreekt over meer dan 3.000 barricades over verschillende wijken van de stad Oaxaca. Als de senaat beslist om gouverneur Ulisses Ruiz in het zadel te houden, lijkt het verzet uit elkaar te vallen. Toch gaan de protesten door.

Op vrijdag 27 oktober, na 158 dagen van protest vielen eenheden van de politie, de veiligheidsdiensten en paramilitairen de protestenen barricades aan, op last van gouverneur Ulises Ruiz Ortiz. Precies op het moment dat het ultimatum verliep dat de Asamblea Popular de los Pueblos de Oaxaca (APPO) aan hem had gesteld. Er vallen opnieuw 3 doden. Onder de slachtoffers bevond zich de Amerikaanse journalist en indymedia-activist William Bradley Roland. Hij werd van kortbij in de maag geschoten door een paramilitair in burgerkleding, Pedro Carmona. Bij schietpartijen aan barricades vielen nog twee doden en minstens vijfentwintig personen liepen schotwonden op. De APPO diende een klacht in tegen de verdwijning van ten minste vijftig leraars. Deze mensen namen deel aan een sit-downstaking voor het kantoor van Ruiz Ortiz. De APPO houdt leden van de politie en de PRI, de partij van Ruiz Ortiz, verantwoordelijk.

In de avond van zaterdag 29 oktober stuurde de Mexicaanse president Vicente Fox federale veiligheidstroepen naar Oaxaca, om ‘de orde te herstellen’. De troepen van de Federale Preventieve Politieafdeling (PFP) namen het centrum van Oaxaca in, waaronder het centrale plein van de stad, de Zocalo. De APPO riep op zich geweldloos te verweren tegen de ontruiming. Op de Zocalo stonden tienduizenden mensen tegenover de PFP-linies. Er werden leuzen gescandeerd. Tijdens de confrontaties op zondag 30 oktober vielen opnieuw twee doden gevallen. Ze werden doodgeschoten op een brug die volgens de persberichten van APPO, op dat moment door zo’n 40.000 mensen werd verdedigd .Beide demonstranten zouden zijn getroffen door politiekogels.

De lerarenvakbond onderhandelt met de regering over een mogelijke werkhervatting. Toch houdt de APPO vast aan haar eisen. Men eist de vrijlating van de gevangenen, intrekking van de arrestatiebevelen tegen de leiders van de beweging, schadeloosstelling voor de familie van de doden en gevangenen en veroordeling van de verantwoordelijken voor de onderdrukking. De belangrijkste eis blijft echter het aftreden van gouverneur Ulises Ruiz Ortiz.

De APPO heeft de hoogste staat van paraatheid uitgeroepen vanwege het aanhoudende politieoptreden tegen de beweging. De organisatie roept op tot een vreedzame burgeropstand op 1 december als Ulises Ruiz niet ingaat op hun eisen. Op die datum wordt de nieuwe Mexicaanse president Felipe Calderon geïnstalleerd. Men verwacht dat ook hij zal teruggrijpen op wapens om de beweging uiteen te drijven. De leus van de APPO is: ‘Als Ulises niet vertrekt, komt Calderon er niet door’.

November: slag om de universiteit

Bij de inval op 29 oktober is de PFP (Federale politie) er in geslaagd om de manifestanten van het stadsplein de Zocalo te verdrijven. Toch blijft de rest van de stad in handen van de betogers. Overal in de stad worden barricades verdedigd en in de straten rondom de Zocalo vinden verschillende demonstraties tegen de aanwezigheid van de PFP plaats.

Het protest breidt uit. Zowel in de staat Chiapas als in Mexico-city zijn er nu wegbezettingen. Met enorme opstoppingen tot gevolg. Alle toegangswegen naar San Cristobal (hoofdstad van Chiapas) werden afgesloten en in Mexico-city werd de grootste ringweg door studenten geblokkeerd.

Op 2 november tracht de federale politie PFP om de universiteitsgebouwen in Oaxaca, waar APPO nu gevestigd is, te ontruimen.Met waterkanonnen en traangas probeert de politie de mensen van de straten rond de universiteit te verdrijven. Tijdens dit politieoptreden roept ‘Radio APPO’, die uitzendt van op de universiteitssite, op om de barricades te versterken. Grote groepen steunbetogers sluiten zich aan bij de barricades. Na een strijd van 6 uur, met veel gewonden aan beide kanten, slagen ze er in om de politie te omsingelen en terug te drijven. De slag om de universiteit is voorlopig door de verdedigers gewonnen.

Geertje Franssen

Overgenomen uit Sombrero

Bronnen:

La Jornada : www.jornada.unam.mx

APPO : www.asambleapopulardeoaxaca.com

Global Info : www.globalinfo.nl

Noticias de Oaxaca: www.noticias-oax.com.mx

Link: www.sombrero-web.tk