In het Franstalig onderwijs hebben de onderwijsvakbonden bovenop de intersectorale acties (o.a. rond de pensioenen) dit jaar reeds meerdere manifestaties en stakingen georganiseerd tegen maatregelen van de regering van de FWB (Fédération Wallonie Bruxelles), bevoegd voor onderwijs. Zo betoogden op 27 januari 30.000 leerkrachten in Brussel en de dag nadien nog eens 20.000, verspreid over meerdere steden, in het kader van een 48-urenstaking. Op 10 november legden opnieuw veel Franstalige leerkrachten het werk neer om te protesteren tegen nieuwe maatregelen.
We publiceren hieronder de toespraak – gehouden tijdens het plenair gedeelte van de “zes uren voor de democratische school” op 15 november – van Francis Penning, adjunct algemeen secretaris van CSC-Enseignement (onderwijscentrale van het Franstalige ACV) waarin hij een aantal besparingsmaatregelen van de FWB-regering (MR, Les Engagés) oplijst.
Vandaag wil ik uw aandacht vestigen op een zeer zorgwekkende realiteit: de regering bespaart op de rug van gezinnen en leerkrachten.
Vorig jaar onderging het beroepsonderwijs een hervorming die een zware impact had door de overheveling van de 7de jaren naar het volwassenenonderwijs. Een maatregel die kennelijk zijn doel mist en zowel leerlingen als leerkrachten schade berokkent.
Dit jaar wordt de situatie nog erger. Onder de dekmantel van een groep economische en niet-pedagogische experts, valt de regering frontaal gezinnen, studenten en personeelsleden aan.
Voor de personeelsleden zijn de maatregelen duidelijk, met zware gevolgen:
• De leerkrachten in het hoger secundair onderwijs moeten twee lesuren extra geven, zonder loonsverhoging. Deze beslissing zal leiden tot nog meer banenverlies (+/-1500), organisatorische problemen en gedwongen mobiliteit binnen de onderwijsteams.
• Het barema van de nieuwe masters (de bacheloropleiding wordt in het Franstalig onderwijs een vierjarige masteropleiding, nvdr) zal slechts 5% hoger liggen dan voor bachelors.
• Vanaf 2027 zou voor nieuwe leerkrachten de vaste benoeming worden afgeschaft en vervangen worden door een contract van bepaalde duur.
• De DPPR (= de terbeschikkingstelling voorafgaand aan het pensioen, nvdr) blijft behouden maar aan veel minder gunstige voorwaarden.
• Een penalisering van zieke leerkrachten, met een verlaging van het loon tot 60% wanneer de ziektedagen op zijn, tegenover 80% nu, met een degressief effect.
• Vermindering van de pedagogische ondersteuning door een vermindering van 30% van de pedagogische begeleiders.
• De afschaffing van het verpleegdiploma van het niveau hoger beroepsonderwijs, en dit in een context van een tekort aan zorgpersoneel.
• Het einde van bepaalde pedagogische detacheringen.
Ook de financiering van schoolgebouwen wordt aangetast. Goede leeromgevingen? Dat is niet voor morgen.
Ook de gezinnen worden niet ontzien:
• Herziening van de mechanismen voor gratis maaltijden en schoolbenodigdheden. De middelen worden teruggeschroefd en overgemaakt aan de inrichtende machten, zonder garantie dat ze worden gebruikt om de kosteloosheid te financieren.
• In het hoger onderwijs zullen, vanaf het komende academiejaar, bijna 60% van de studenten een inschrijvingsgeld van € 1.194 moeten betalen, een stijging van 40% in het beste geval. Niet-Europese studenten zullen te maken krijgen met sterk verhoogde inschrijvingsgelden, wat verstrekkende gevolgen kan hebben voor bepaalde instellingen.
• Leerlingen onder de 12 jaar kunnen niet meer genieten van gratis onderwijs in het deeltijds kunstonderwijs. Ouders zullen een inschrijvingsgeld van € 94 moeten betalen, exclusief de kosten verbonden aan de opleiding.
• De verhoging van de slaagdrempel (om het certificaat van het lager onderwijs of van de eerste graad van het secundair onderwijs te behalen) zal tot gevolg hebben dat het zittenblijven toeneemt, wat op dit moment al ongeveer € 360 miljoen kost.
Al deze maatregelen zijn zuiver ideologisch. Ze verzwakken ons onderwijssysteem, ze straffen onze leerkrachten, onze studenten en onze gezinnen. Ze hypothekeren de toekomst van onze jeugd en zullen het lerarentekort alleen maar doen toenemen.
Laten we opkomen voor een school die toegankelijk, sociaal gelijk en respectvol is voor iedereen die er deel van uitmaakt.
Francis Penning (15 november 2025)

